De zorgsector gaat gebukt onder diplomafraude, zorgaanbieders incasseren geld met ongeschoold personeel en er zijn zelfs heuse fraudenetwerken ontstaan. Volgens de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) hebben malafide zorgbedrijven in 2023 voor honderden miljoenen euro’s gefraudeerd met gemeentelijke zorggelden. Dit betrof veelal fraude met persoonsgebonden budgetten (PGB) waarmee men sinds 2015 zelf zorg kan inkopen.
Weglekkende zorggelden verdwijnen steeds vaker binnen het criminele circuit. Zorgfraude lijkt dan ook steeds meer verweven te raken met de georganiseerde misdaad. Sinds de decentralisatie van de zorg in 2015 liggen de zorgtaken niet langer bij de overheid, maar bij gemeenten die hierdoor afhankelijk zijn van zorgbureaus. Onverhoopt ontbreekt het gemeenten aan voldoende capaciteit en expertise om alle zorgaanbieders aan controles te onderwerpen. Zodoende blijft het gros van de malafide zorgbedrijven buiten schot. Ondertussen is sprake van honderden miljoenen euro’s aan schade door zorgfraude over de rug van kwetsbaren.
In 2023 verzamelde het Informatie Knooppunt Zorgfraude (IKZ) 338 signalen over zorgfraude, 20% minder dan in 2022 (424). De meeste signalen betroffen zorgfraude met betrekking tot de Zorgverzekeringswet (144), gevolgd door de Wet langdurige zorg (72), de Wmo (70) en de Jeugdwet (26). De meeste signalen waren afkomstig van gemeenten (17%), gevolgd door de patiënt/cliënt of een naaste (15%) en zorgverzekeraars/zorgkantoren (11%).
Om zorgfraude te kunnen herkennen, is het van belang om enkele praktijkvoorbeelden te benoemen. Denk bijvoorbeeld aan een bestuurder van een zorgboerderij die hiervoor een pand koopt en dit vervolgens aan zijn eigen organisatie door verhuurt voor buitensporige bedragen. Een ander voorbeeld is een GGZ-instelling die maximale tarieven factureert, maar behandelingen uit laat voeren door pas afgestudeerden die een minimumloon verdienen. Het financiële voordeel blijkt uiteindelijk ten gunste te komen van de bestuurders van dergelijke instellingen. Verder valt te denken aan gevallen waarin zorgaanbieders meer declareren dan de daadwerkelijk geleverde zorg, of fraudeurs die uren laten uitbetalen terwijl zorgbehoevenden überhaupt niet geholpen zijn. Zo verrijken ogenschijnlijk bonafide zorgverleners zichzelf op frauduleuze wijze in de zorgsector.
In 2022 verscheen een kritisch rapport van de Algemene Rekenkamer over de aanpak van zorgfraude, maar twee jaar na dato is de aanpak nog steeds ondermaats. Het is relatief eenvoudig om een eigen zorgbureau te beginnen. Een invulformulier en een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) volstaan. Mocht iemand geen VOG krijgen, dan kan diegene een naaste als directeur aanwijzen. De screening van het toelaten van zorginstellingen laat dan ook te wensen over. Daarnaast is het van belang dat met naasten gesproken wordt in de strijd tegen zorgfraude.
Uiteindelijk raakt zorgfraude iedereen: via zorgbehoevende naasten, maar ook omdat het gemeenschapsgeld betreft. Zorgfraude is een maatschappelijk vraagstuk dat een gedegen aanpak behoeft. Wees alert en blijf met elkaar in gesprek om mogelijke signalen van zorgfraude te herkennen en hierop te acteren.